We wandelen iedere week een eind de natuur in Sjaak Bruggeman. Sjaak heeft er verstand van en ziet daarom veel meer om zich heen dan wij. Zo kregen we dit keer tekst en uitleg over dalend water en wat daar straks in het voorjaar allemaal weer gaat groeien.
Door Sjaak Bruggeman
Poeh, de zandweg heeft er best van langs gehad. Met invallende dooi zijn zandwegen extra kwetsbaar. De bovenste laag ontdooit, het water kan nog even niet weg en grote uitgespoelde knipgaten zijn het gevolg.
Met de wandelpaden is het al niet veel beter en daarom ga ik wel binnendoor. Kijk al die ganzen gaan alweer naar het noorden. Jahaa, het is hier wel uitkijken Sjakie. Het is hier nog één grote dunne ijsplaat op de kaalgeslagen heide en daardoor zijn de aanwezige, met keileem verondiepte poelen, niet goed te onderscheiden. Uitkijken waar je loopt hé!
Kijk en dit is nu zo’n laagte waar jaarlijks honderden blauwe klokjesgentianen bloeien. Door de lemige bodem blijft het water op deze plek lang staan. Het zal in het voorjaar langzaam verdampen maar ook door de fijne poriën naar beneden sijpelen. Dit hangwater komt in contact met het voedselrijke capillaire kwelwater. En juist hier snakken de bijzondere plantjes als de klokjesgentianen naar.
Sporadisch kwamen enkele van deze plekken voor. In grote delen van het gebied was in de laatste vijftig jaar de kritieke stijghoogte te groot geworden en had de basenrijke voeding geen invloed meer op de bijzondere vegetatie.
De verwachting is dat het grondwater, vooral in het voorjaar, lokaal wat hoger komt te staan. Het capillaire kwelwater kan dan, net als vóór de grote verbeteringswerken, weer contact maken met de wortelzone. En juist daar zullen de bijzondere plantjes weer baat bij hebben.
Kijk daarginder, een grote zilverreiger en daarachter een laatste sneeuwduintje. Mooi. Qua kleur en vorm lijken ze op elkaar, maar vanavond niet meer. En zie, daar plonst een haas voor me uit en boven zeilt een kievit over. Eentje maar. Nou de rest komt er zo achteraan. Wedden? Op naar het voorjaar…