Overijssel denkt best genuanceerd over de wolf. Doodschieten en uitroeien is niet aan de orde. Maar wel een beetje in de gaten houden. Op uitnodiging van Natuur en Milieu Overijssel hebben honderden mensen uit de provincie inhoudelijk meegedacht over de vraag wat te doen met de terugkeer van de wolf. En vooral: hoe voorkomen we dat de maatschappelijke discussie hierover ontaardt in verharding en polarisatie?
“De reacties tonen draagvlak voor bescherming onder voorwaarden“, stelt Natuur en Milieu Overijssel. “Hoopvol is dat de reacties in hun samenhang de contouren schetsen van consensus. Verreweg de meeste mensen kunnen er mee leven dat de wolf geaccepteerd wordt en beschermd is, zolang maar duidelijk is dat er wordt ingegrepen als hij te lastig wordt en het echt te gek wordt.”
Enkele reacties uit het onderzoek:
– ‘De wolf is wat mij betreft welkom in Nederland. Maar het mag niet zo zijn dat kost wat kost de wolf in Nederland heilig is.
– ‘Dus wat mij betreft: wolven in Nederland prima maar als er last van komt afschieten.’
– ‘Er moeten duidelijke en goede afspraken komen over schade vergoedingen.’
– ‘We moeten ervoor zorgen dat een ruime vergoeding komt voor aanschaf van elektrische rasters. Daarnaast ook de door wolven (bewezen) gedode schapen van overheidswege vergoeden.’
Het Interprovinciaal Wolvenplan van januari dit jaar zegt “dat de wolf zal worden gedood, als dit dier meermaals mensen heeft benaderd en het zenderen en verjagen van de wolf (en een waarschuwing aan het publiek om de wolven niet te voeren) niet helpt.”
Onder de reacties ook een paar feiten:
– In de 17 jaar dat wolven teruggekeerd zijn is er in heel Duitsland in totaal nog geen €500.000,= uitgekeerd aan schadevergoedingen. Dat het bedrag aan schade door wolven in Duitsland maar beperkt is, blijkt uit de volgende vergelijkingen:
– In Nederland is in 2016 meer dan €600.000,= uitgekeerd door schade van smienten, een eendensoort die voornamelijk in de winter in Nederland aanwezig is.
– Mezen, zoals de koolmees en pimpelmees, waren van 2013 tot en met 2015 goed voor zo’n €500.000,= à €600.000,= per jaar aan schade aan fruit.
– Absolute toppers zijn vier ganzensoorten die gezamenlijk voor zo’n €18.000.000,= aan schade hebben aangericht bij boeren door gras te eten.’
